Een belangrijk uitgangspunt van UiTPAS is het kansentarief voor mensen in armoede. Dat is mogelijk dankzij verdeling van de kosten. Deze kosten worden verdeeld tussen de organisator, de lokale overheid en de deelnemer. Op die manier is het haalbaar om financiële drempels weg te werken.
Voor UiTPAS kiezen we voor de duidelijke '20-40-40-verdeling'. Als mensen in armoede hun UiTPAS gebruiken voor een ticket dan betalen ze zelf 20%. 40% van de kost wordt gedragen door de organisator en 40% door het gemeentebestuur.
Op lokaal gebied zijn er aangepaste formules mogelijk:
- Volgens het advies van het Netwerk tegen Armoede mag de bijdrage aan de ticketprijs voor de persoon in armoede max. 25% zijn. Het ticket mag nooit gratis zijn. Mensen in armoede willen iets betalen, dat voelt beter.
- De bijdrage van de organisator moet min. 10% zijn. Zijn reële kosten moeten betaald geraken. Ook wanneer er veel mensen met een kansentarief deelnemen aan de activiteit.